Michel Baron - Cursus harmonie
Nederlandse vertaling © Stefaan Baert |
Algemene regels
De omvang van de stemmen
In de cursus harmonie leer je meerstemmige muziek schrijven, meer bepaald vierstemmig. We gaan voor een vocaal kwartet schrijven; de menselijke stem is immers het "instrument" met de meest beperkte tessituur. Deze beperking kan later zonder probleem opgeheven worden al naar gelang het instrument waarvoor je schrijft. Het zou veel moeilijker zijn te beginnen zonder rekening te houden met de tessituur , om daarna terug te moeten keren naar de kleinere tessituur met al haar beperkingen. Hieronder zie je de vier stemmen en hun gebruikelijke tessituur ( de stem van goede amateur-koorzangers, en niet van professionele solisten):
De zwarte noten worden maar heel uitzonderlijk gebruikt. Links : de werkelijke klank in sol- en fasleutel. Het is duidelijk dat de tenorpartij, geschreven in de werkelijke klank, voortdurend van sleutel zou moeten veranderen. Rechts : de utsleutels, in werkelijke klank, gebruiken meestal een minimum aan hulplijntjes.
Sommige handboeken kunnen lichtjes afwijken van deze regels. Maar, we gebruiken ons gezond verstand: het is beter de uiterste noten omzichtig te gebruiken, met de juiste nuances, en zeker geen zin te beginnen met de hoogste noten.
Merk op dat de bas en de alt, en de tenor en de sopraan dezelfde tessituur hebben met een oktaaf verschil. Zo kan je deze tabel makkelijker onthouden.
Hoe schrijven we ?
De utsleutels: traditiegetrouw wordt er bij alle schriftuurvakken gebruik gemaakt van drie utsleutels ( sopraansleutel, altsleutel, en tenorsleutel) en een fasleutel, zoals hierboven rechts.
Voordelen :
Je leert de voornaamste 3 utsleutels gebruiken en beheersen.
- Je bent noodgedwongen heel bewust van wat je schrijft.
- Je vermijdt grotendeels het gebruik van extra hulplijntjes omdat iedere sleutel geschikt is voor de juiste tessituur.
- Je schrijft in de werkelijke toonhoogte.
- Eén notenbalk per stem : je hebt ruimte om te schrijven. Je kan goed het verloop van elke stem volgen.
- Alle standaardwerken (Messiaen, Desportes, en tal van andere auteurs) worden uitgegeven in deze sleutels.
- Je wil toch de grote meesters lezen ?
Nadelen :
Papierverbruik.
De moderne schrijfwijze van vocale werken in drie solsleutels en fasleutel.
Voordelen :
De moderne koormuziek wordt op deze manier uitgegeven.
- Eén notenbalk per stem, even duidelijk als de utsleutels.
Nadelen :
- Het noodgedwongen gebruik van extra hulplijntjes bij de alt (te verwaarlozen nadeel).
- De tenor wordt niet op werkelijke toonhoogte genoteerd, maar klinkt een oktaaf lager dan genoteerd. De werkelijke intervallen zijn niet zichtbaar, de stemmen lijken mekaar te kruisen. Vereist ervaring met deze bijzondere solsleutel waar soms een 8 aan toegevoegd wordt (octava bassa).
- Een even groot papierverbruik.
De schrijfwijze zoals bij piano.
Voordelen :
- Minder papierverbruik.
- Vlotter te lezen.
Nadelen :
- Het wordt moeilijker netjes te werken, wanneer de stemmen een zeker mate van zelfstandigheid krijgen.
- De ontwikkeling van het schrijven zelf kan tegengehouden worden door het visueel compacte voorkomen.
Regels voor de melodie
De regels voor de melodie hebben betrekking op de beweging van één enkele stem (eender welke, onafhankelijk van de andere).
Toegelaten intervallen bij de melodie
In het begin zijn alle kleine, grote en reine intervallen toegelaten van de secunde tot en met de kleine sixt, en de oktaafsprong. Bij gelegenheid mag je ook wel eens de grote sixt gebruiken.
Verplichte beweging van de melodie :
De leidtoon moet oplossen naar de tonica (enkel wanneer ze de terts van het dominantakkoord is), tenzij de tonica in het volgend akkoord niet voorkomt, of tenzij de stem onmiddellijk daarboven de tonica laat horen op die hoogte waar men ze normaal verwacht (dit laatste wordt soms toegelaten, enkel maar wanneer het de twee bovenstemmen betreft).
Te vermijden intervallen
Bij de aanvang van de studies moet je zeker de septiemsprongen vermijden en verminderde en vermeerderde intervallen, ze worden al snel een gewoonte, en verhinderen je betere oplossingen te ontdekken die de basis vormen voor je schriftuurcapaciteiten.
Noot: vanaf de dominant septiemakkoorden mag je alle verminderde intervallen gebruiken wanneer ze gevolgd worden door een beweging in de tegengestelde richting.In het begin kan je beter de vermeerderde secunde vermijden in de kleine tertstoonaard, zelfs wanneer ze gevolgd wordt door de tonica.
Opgelet :
De septiem en de none overbrugd in drie noten moeten een gesloten beweging inhouden.
De vermeerderde kwart (tritonus) in drie noten moet gevolgd worden door een halve toon in dezelfde richting.
De octaafsprong doet zich normaal voor in de omgekeerde richting van de melodische lijn die voorafgaat. Na de octaafsprong geldt hetzelfde principe : de melodie vervolgt in de tegengestelde richting.
Harmonische regels
De harmonische regels bepalen de afstanden (die bij elk akkoord wijzigen) tussen twee stemmen. Gelijk welk paar stemmen van de vier.
Kruisingen en unisoni
Bij de aanvang van de studies is er geen enkele reden om de stemmen te kruisen : ze worden gebruikt in hun normale volgorde van stapeling. De unisono kan gebruikt worden als hij niet kan vermeden worden of mits een goede reden, omwille van de context.
De spreiding tussen de stemmen
Er zijn tal van manieren om de vier stemmen te spreiden. Hieronder enkele voorbeelden voorzien van commentaar bij de overeenkomende nummers :
Nagenoeg gelijke intervallen tussen de verschillende stemmen. Dit wordt de kwartet-ligging genoemd. Het is een ideale ligging die heel goed klinkt.
Je kan ook de bas wat isoleren en de drie andere stemmen dicht opeen. Soms noemt men dit de piano-ligging (de bas voor de linkerhand, de rest voor de rechterhand).
Je mag het octaaf niet overschrijden tussen elk van de drie bovenstemmen en haar aangrenzende stem (maar dit is wel toegelaten tussen bas en tenor).
Een bijzondere ligging : wanneer je tussen twee binnenstemmen, een octaaf hebt, mogen de twee onderstemmen de afstand van een terts niet overschrijden. Dit zou een hol klinkend akkoord tot gevolg hebben. Deze ligging is de moeite waard om te onthouden. De meeste leerlingen zijn er nogal bang voor, terwijl ze helemaal niet zo slecht klinkt. (herinner je het vierstemmige dictee en de vele fouten die deze ligging veroorzaakte, omdat ze heel rijk is aan boventonen.
Goed om te onthouden: je mag de twee bovenstemmen tot een octaaf uiteen trekken. Later zullen we zien dat je uitzonderlijk zelfs het octaaf eventjes mag overschrijden als de melodische bewegingen dit rechtvaardigt.
Kijk goed naar de manier waarop de bindingen en de staafjes worden genoteerd en pas ze toe.
Harmonische bewegingen
Dit zijn de bewegingen die elk paar stemmen maakt : er zijn vier soorten.
Parallelle beweging: de twee stemmen stijgen of dalen samen en de toonsafstand tussen beide blijft dezelfde. Veel voorkomend in tertsen of sixten (of hun verdubbelingen).
De paralelle beweging is absoluut verboden in twee gevallen :
Opeenvolgende octaven (verschillende) in parallelle beweging.
Opeenvolgende kwinten (verschillende) in parallelle beweging.Deze beweging werden te plat en te hard bevonden van de renaissance tot de post-romantici, die ze slechts (in vierstemmige zetting) zeer uitzonderlijk gebruiken.
Tegenbeweging: een deel stijgt, een ander daalt of het omgekeerde. Het is een veel gebruikte beweging, ook zeer evenwichtig. Er zijn geen nadelen aan verbonden. Het volgende voorbeeld toont twee paren parallelle stemmen in tegenbeweging:
De enige fouten die hieruit bijna per ongeluk kunnen voortvloeien zijn :
Opeenvolgende octaven tegenbeweging.
Opeenvolgende kwinten in tegenbeweging.Zelfde reden als voordien.
Noot : je zegt ook kortweg "naslaande octaven, naslaande kwinten" omdat het verbod geldt voor zowel parallelle kwinten en octaven als voor opeenvolgende kwinten en octaven in tegenbeweging.
Gemengde beweging: een deel blijft liggen, een ander deel nadert of verwijdert zich ervan. Geen problemen, behalve bij unisono : het is niet zo elegant wanneer een stem in gesloten beweging op een unisono uitkomt. Anderzijds is het wel interessant de unisono te verlaten met een gemengde beweging.
Directe beweging: de twee partijen stijgen of dalen samen, maar ze komen wat dichter, of gaan wat uiteen. Stel je een parallelle beweging voor die niet helemaal parallel is.
De directe beweging haalt soms kwinten en octaven naar buiten die juist veroorzaakt worden door die directe beweging. Wanneer je een kwint of een octaaf (of de verdubbeling) benadert met een directe beweging, moet je aan bepaalde regels voldoen, om juist het effect van zo'n directe beweging te beperken.
Bedekte kwinten en octaven tussen de buitenstemmen:
De bovenstem (in principe de sopraan) moet aaneengesloten zijn.
Bedekte kwinten en octaven in elk ander paar stemmen (anders gezegd: tussen willekeurige stemmen) :
Een van beide stemmen moet aaneengesloten zijn (best de bovenste stem).
Bij gebrek aan één van deze voorwaarden moet de noot van het octaaf of één van de noten van de kwint gehoord zijn in het vorige akkoord (niet noodzakelijk op dezelfde hoogte).
Directe benadering van de unisono:
Altijd verboden, ook in contrapunt en fuga.
Noot : de voorgaande regels zijn vereenvoudigingen van vroegere pedagogische gewoonten, die nogal afschrikwekkend en ontmoedigend waren. De nieuwsgierigen kunnen nog meer regels in detail bestuderen : Zie mijn Précis pratique d'harmonie pagina 15, de Traité d'Harmonie van Dubois pagina's 14 tot 16, de Traité de l'Harmonie, v.1 p.15 van Koechlin, de Cours d'harmonie analytique van Dupré pagina 17, de Précis d'harmonie tonale van Bitsch pagina's 19 et 20, of de Traité d'harmonie en vingt leçons van Yvonne Desportes pagina 7.
Over het onderwerp toegelaten of verboden bedekte kwinten en octaven kan je er diverse werken op naslaan, alle van de hand van professoren en componisten. Je zal zeker verschillen opmerken in de opvatting van de regels. Het voordeel in deze cursus is dat de regels redelijk blijven en eenvoudig genoeg zijn. In het begin van de studies moet je stipt de regels navolgen van je leraar. Wat later zal je volgens de omstandigheden je gehoor laten oordelen. Kleine verschillen in de basisprincipes kunnen immers geen invloed hebben op de kwaliteit van je schriftuur, eens je ervaring hebt opgedaan.
Herneem de versie met kadertjes |
Herneem de versie zonder kadertjes |
Menu van de versie zonder kadertjes |
|
1 - Inleiding |
11 - Vertragingen |
2 - Algemene regels |
12 - Andere akkoordvreemde noten |
3 - Kwint |
13 - Pedaal |
4 - Sixt |
14 - Niet becijferde bas |
5 - Kwartsixt |
15 - Koraal en andere stijlen |
6 - Modulaties |
16 - Tabel met de becijfering |
7 - Dominant septiem |
17 - Bibliografie, biografie |
8 - Nevenseptiemen |
18 - Nuttige links, opzoekingen |
9 - None |
19 - Uittreksels uit een handboek (Koechlin) |
10 - Alteraties |
20 - De auteur![]() |
© Michel Baron - Gebruik voor commerciële doeleinden streng verboden.
Enkel toegelaten voor persoonlijk gebruik of pedagogisch doel.
Deze site wordt onderhouden op vrijwillige basis en zonder commerciëel oogmerk.